Wat wil je later worden?

Deze column verscheen in 2017 op Leesfeest.nl.

‘Wat wil je later worden?’ vroeg mijn oma altijd op mijn verjaardag. Ze was niet de enige: ook andere grijze familieleden wilden het weten. En met kerst, zwemdiploma-uitreikingen, bruiloften, familiedagen en zelfs op begrafenissen werd de vraag steeds weer gesteld.

Misschien was het niet zo gek dat mijn familie het iedere keer opnieuw vroeg: ik gaf ze altijd een ander antwoord.

Mijn eerste antwoord was boer. De koe was mijn lievelingsdier en hoe konden er anders honderd koeien in mijn tuin rondlopen? Al snel vond ik boer een beetje saai. Cowboy, dat was wat ik later zou worden. Vanwege de koeien, maar ook omdat ik dan achter boeven aan mocht zitten. Mijn zus vertelde toen dat ik dan naar Amerika moest verhuizen. Dat wilde ik niet, niet zonder mijn moeder, dus koos ik voor mierencircusdirecteur. Mieren hadden we gewoon in onze achtertuin.

Mijn vader vond een mierencircus geen goed idee. Volgens hem kon ik beter iets kiezen waar mensen wat aan hebben. Monsterjager dus, want iedereen is bang voor monsters! Na een inbraak bij de buren, ging ik niet meer op monsters jagen maar op boeven: Pim de politieagent. Ik wilde vanaf dat moment bij de politie, maar eigenlijk ook wel bij de brandweer en bij het leger.

Daarna wilde ik juist iets heel anders worden: zanger. Zingen deed ik altijd al onder de douche, en alleen mijn zus schreeuwde dan dat ik mijn mond moest houden – zo slecht kon ik dus niet zijn. Maar ik werd al snel voor het eerst verliefd, op mijn beste vriend Nick. Dus toen hij vertelde dat hij profvoetballer wilde worden, wilde ik ook bij het Nederlands elftal. En toen zijn antwoord veranderde in danser, veranderde mijn antwoord ook. Een jaar later was ik niet meer verliefd en ging ik minister-president worden. Er waren genoeg problemen in de wereld die ik moest oplossen! En anders wilde ik ze ook wel oplossen als dokter, astronaut, wetenschapper, tovenaar, visser, buschauffeur, bakker, piloot, treinmachinist, tandarts, tandartsassistent…

Het is nu later en mijn eerste boek is net uit, ‘Het lammetje dat een varken is’. Ik ben dus schrijver geworden. Dat was nooit een van mijn antwoorden. Of toch wel?

Mijn eerste boek speelt zich af op een boerderij en ik was dus even een boer. Mijn tweede boek gaat over grote monsters en om dat te schrijven moest ik een echte monsterjager zijn. Nu ben ik bezig met een verhaal over voetballers en tijdens het schrijven zie ik mezelf naar een bal rennen, schieten en scoren! Binnenkort begin ik met een boek over cowboys en ik kan nu al niet wachten om achter de boeven aan te zitten.

Als schrijver ben ik dus eigenlijk geworden wat ik altijd al wilde: alles!

  • Fictie
  • Non-fictie