Ik denk dat ik ontvoerd ben

Sprankelend en hedendaags poëziedebuut vol gedichten over de bijzondere band met broers, zussen, vaders, moeders, opa’s, oma’s, ooms en tantes. Over traditionele of juist heel moderne families. Over de gesprekken die je hebt tijdens het eten. Over een tante die geen man is maar ook geen vrouw. Over racen met je oom in een rolstoel. Maar ook over stiekem verliefd zijn of over een oudere broer die ineens de deur van de badkamer voor je neus op slot doet.
Van gevoelig tot grappig: Zilveren Griffel-winnaar Pim Lammers weet moeiteloos in de huid van kinderen te kruipen en hun gevoelens te beschrijven. Sarah van Dongen maakte er eigenzinnige illustraties bij vol humor.
Ik denk daarom dat de kans groot is dat dit een heel geliefde bundel in gezinnen en op scholen wordt, én dat hij rondgedragen gaat worden in de armen van allerlei kinderen.
Hier en daar is zelfs een vleugje Annie M.G. Schmidt te bespeuren.
Lammers speelt meesterlijk met de lezersverwachtingen. Vrijwel alle gedichten eindigen net iets anders dan de eerste regels doen vermoeden. Dat maak dat je doorleest en elk gedicht opnieuw wilt lezen om te kijken wat er nu eigenlijk gebeurt.
Wat heb ik genoten van de gedichten in deze bundel. Ik heb meerder keren met een lach op mijn gezicht gezeten, maar was ook ontroerd.